Journaal, 13 februari 2013

Na reïncarnatie komt nu het kastensysteem aan de orde.

Het kastenstelsel stamt uit de Vedische periode (vanaf 1600 voor Christus). Er zijn 4 kasten, met elk eigen taken en verantwoordelijkheden, van hoog naar laag:

  • Brahmanen. De denkers, filosofen en priesters. Zij geven de samenleving spiritueel leiding.
  • Ksathriyas. Heersers en soldaten. Zij beschermen de staat tegen vijanden.
  • Vaishyas. Handelaren en landbezitters. Zij zijn bij wijze van spreken de leveranciers van de bevolking.
  • Shudras. De arbeiders. Zij hebben een dienende functie.

In oorsprong is het systeem in het leven geroepen om ordening aan te brengen, zodat iedereen haar/zijn plaats kon vinden in de samenleving. Hoe het kastensysteem (al heel lang) zijn sterk discriminerende karakter heeft gekregen is niet duidelijk.

Elke kaste is verdeeld in wel honderd onderkasten. Als buitenstaander kan je het kastensysteem niet doorgronden. Het is al tientallen jaren bij wet verboden om op kaste te discrimineren, maar het wordt nog steeds gedaan, door burgers én door overheden.

Dan zijn er nog de kastelozen, ook dalits genoemd. Zij doen het onreine werk, komen in aanraking met dieren, dierlijke producten en menselijk en dierlijk afval. Het aanraken van een dalit is niet toegestaan binnen de algemeen geldende omgangsvormen, het zou onrein zijn. Daarom worden dalits ook onaanraakbaren genoemd. Dalits worden slecht behandeld, letterlijk niet aangeraakt en volledig genegeerd. Zij mogen geen water halen bij de put als er andere mensen zijn. In veel steden en dorpen moeten zij apart wonen (dikwijls aan de andere kant van de weg). Hun positie doet denken aan de apartheid in Zuid-Afrika van voor 1990.

Rangen en standen zijn in elke cultuur gekend. Het is wel te verwachten dat de invloed van het kastensysteem per generatie kleiner wordt en uiteindelijk vrijwel zal verdwijnen. De opkomst van de geldeconomie draagt daar duidelijk aan bij. Het aanzien van een lid van een hogere kaste zonder geld komt onder druk te staan ten opzichte van een lid van een lagere kaste die in welstand verkeert. Waar op het platteland de feodale structuren nog steeds in stand blijven beginnen kasten al een kleinere rol te spelen in de dynamiek van de groeiende steden.